maandag 20 april 2015

Vragen en Antwoorden naar aanleiding van de Peerfeedback van Mamette en Cindy

Feedbackkaart vragen en antwoorden:

Vraag van Mamette:

-          Hoe zie jij het onderwijs van de toekomst voor studenten en kinderen die geen denkers zijn maar doeners? Is er voor hun ook een plek?

Antwoord van Michel:
-          Ook voor de doeners is er plaats in het flexibel leercentrum. Door het portfolio van een leerlinge vanaf begin tot het einde met zich meeneemt kan een leerling zich blijven ontwikkelen. Wanneer dit een praktische leerling betreft kan er samenwerking gezocht worden met het bedrijfsleven die aanwezig is in het leercentrum. En in het leercentrum zijn meesters (vakmanschap) aanwezig die, wanneer de leerling hierom vraagt in zijn zelf gekozen studieroute, de leerling ook praktijklessen kunnen geven. Ook buiten het leercentrum kan een leerling zijn vak leren, bijvoorbeeld bij bedrijven die niet in het leercentrum gevestigd zijn, maar dan blijft de plaats gebonden aan de leerling dus plaatsafhankelijk.

Vraag van Cindy:

-          In jullie toekomstscenario worden diploma’s en eindtermen losgelaten. Hoe denk jij het niveau in jullie toekomstscenario te kunnen borgen?

Antwoord van Michel:

-          Via het portfolio behaald de leerling in zijn zelfgekozen studieroute vaardigheden en competenties. Dit portfolio dient als bewijs van opleiding en dus bewijs van competenties en vaardigheden voor iedere werkgever.

Peerfeedback gekregen over mijn Blog

Van Mamette kreeg ik:


Feedback
Van Mamette van Wanroij voor Michel Schreuders

Vragen voor de challenge day:
-          Hoe zie jij het onderwijs van de toekomst voor studenten en kinderen die geen denkers zijn maar doeners? Is er voor hun ook een plek?


Geweldige blog Michel weinig aan toe te voegen, ik kan lezen en zien dat je veel hebt gedaan binnen dit leerarrangement 4. Ik heb onderstaand feedback schema nog ingevuld.
PI
Tip
Top
Blik naar buiten
Bijv. participeren in innovatietrajecten en betrekken relevante externen etc..
Je geeft je netwerk aan in personen die kort bij je staan, het was wellicht leuk geweest om ook met hen een interview te doen, of in een blog bericht te laten zien hoe je met innovatief onderwijs aan de slag bent geweest, naar collega’s van het Hooghuys toe.
Je blog ziet er mooi uit en bijvoorbeeld in de SWOT analyse kan ik lezen dat je een verbinding zoekt met de praktijk. Je geeft je persoonlijke netwerk aan in personen die kort bij je staan. Je blog over spelvorm in de rekenles is erg leuk.
Oog voor praktijk
Bijv. consequenties ontwikkelingen voor praktijk/ vertaling visie / ondersteuning collega’s/ realiteitszin etc.
Ik vind het moeilijk om precies te herleiden wat je in de praktijk doet met je theoretische basis. Mag misschien wat meer naar voren komen in je blog. Visie en communicatie naar collega’s.
Je laat zien dat je gamification meteen toepast in de praktijk, hierdoor breng je het geleerde meteen in de praktijk leuk om te zien.
Over de grens
Bijv. creativiteit in vormgeving, creativiteit in inhoud, denken buiten de kaders.
Je hebt hierin veel laten zien, film, mind map, foto’s, gamification het zoeken naar nieuwe vormen van bijvoorbeeld social media, of het gebruiken van nieuwe apps kan eventueel nog een uitdaging zijn in de toekomst?
Je laat in je blog zien dat je creatief bent en dat je nu al nieuw innovatief onderwijs gebruikt in je lessen.


Van Cindy kreeg ik:

Feedback van­­­­­­­­­­­­  Cindy ten Haaf aan­­­­­­­­­­­­­­­­­­­ Michel Schreuders

Algemeen:
Ik vind jullie toekomstscenario voor 2030 prachtig weggezet. Complimenten!

P.I.
Tip
Top
Blik naar buiten
Bijv. participeren in innovatietrajecten en betrekken relevante externen etc.
Ik vind het jammer dat jij het toekomstscenario van up to the future er niet tegen hebt afgezet, omdat in jullie toekomstscenario niet alles online verloopt en wel degelijk plaatsafhankelijk in een leercentrum afspeelt. Vanuit de blogs heb ik geen inzicht gekregen of jij/jullie relevante externe hebben gezet en welke invloed zij hebben gehad op het toekomstbeeld.
Goed dat jij  samen met een collega mogelijkheden van haar toekomstscenario voor 2030 hebben onderzocht voor jullie eigen onderwijssetting, waarbij het mooi is om te zien dat het bedrijfsleven nu al een belangrijke rol speelt in het onderwijs en dat de mogelijkheden liggen in het benutten van de digitale mogelijkheden.
Oog voor praktijk
Bijv. consequenties ontwikkelingen voor praktijk/ vertaling visie / ondersteuning collega’s/ realiteitszin etc.
In je blog lees ik niet expliciet iets terug over ondersteuning van collega’s. Wellicht is dit iets waar je nog aandacht aan kunt besteden.
Ik vind dat je concreet voor ogen hebt welke maatschappelijke trends relevant zijn voor jouw onderwijssetting. In je SWOT komt duidelijk naar voren waar de kansen & mogelijkheden liggen en waar vanuit de onderwijssetting rekening moet worden gehouden om het toekomstscenario te kunnen realiseren. Jouw ontworpen REKEN-GAME is echt tof. Hiermee laat je zien dat je de gamification elementen uit LA4 direct toepast in je eigen werksetting.
Over de grens
Bijv. creativiteit in vormgeving, creativiteit in inhoud, denken buiten de kaders.
In de waardeladder noem je flexibiliteit als belangrijk element voor jouw organisatie, docenten en studenten. Wellicht is een aanvulling op vakmanschap vanuit de vakoverstijgende 21st century skills zinvol om creatief en innovatief te kunnen antiperen op complexe en snel veranderende wereld.
Ik vind je vormgeving op je blog heel mooi en prettig om te lezen.
Verder denk ik jullie toekomstscenario heel mooi en realistisch!



Vraag / vragen t.b.v. de dialoog


In jullie toekomstscenario worden diploma’s en eindtermen losgelaten. Hoe denk jij het niveau in jullie toekomstscenario te kunnen borgen?

zondag 19 april 2015

Peerfeedback voor Challenge day

Ik heb Mamette en Frank peerfeedback gegeven.
Mooie, duidelijke en inspirerende blogs.

woensdag 15 april 2015

Waardeladder

Mijn waardeladder zoals ik bij het Hooghuis wil hanteren is de volgende:

Vakmanschap
Verbinding
Keuzes maken
Gepersonaliseerde leermiddelen
Flexibiliteit

Vakmanschap is voor een vmbo met praktijkrichtingen heel belangrijk. Waarvan kan een leerling het meeste leren? Van een meester in dat vak.
Verbinding in de ruimste zin van het woord. Globalisering door verbinden, mensen verbinden met elkaar en leren van elkaar, online en fysiek.
Keuzes moeten gemaakt worden door leerlingen, maar moeten begeleid worden door docenten. Zonder de kennis van het kiezen door leerlingen is de begeleiding altijd onvoldoende dus die kennis van keuze maken is van essentieel belang.
Leerlingen volgen in de toekomst een zelfgekozen studieroute. De leerling bepaalt welk programma hij/zij wil volgen om tot een succesvolle schoolcarrière te komen.
Zowel het Hooghuis als de docenten als de leerlingen moeten flexibel kunnen zijn wanneer dit gevraagd wordt. Alles verandert zo ook de toekomst, die verandering moet flexibel opgevangen kunnen worden en iedereen moet bereid zijn om mee te gaan in die veranderingen als deze ten goede komt aan het leerproces van de leerling.

QUEST 4a Challenge Day


Onze voorbereiding is zo goed als klaar.
Kijk op http://uptothefuture2030.blogspot.nl/ voor de visuele voorstelling waarmee wij de challenge day gaan verrijken!

Veel kijk- en leesplezier.

DUO Interview met Mieke van Riel

Samen met Mieke, ook werkzaam op het Hooghuis Zuid/West, heb ik gesproken over de ontwikkelingen die aanstaande kunnen zijn op onze school.
Mede door de scenario's die haar leergroep heeft bekeken en de scenario's die onze leergroep heeft uitgewerkt bracht dat een interessant gesprek op. Hieronder een verslag van dat interview:

Dubbelinterview tussen Michel Schreuders en Mieke van Riel

Om de mogelijkheden voor het door Pooh gekozen toekomstscenario (virtuele netwerkschool) in beeld te brengen voor onze eigen organisatie hebben Michel en ik samen gezeten en gesproken over deze mogelijke ontwikkelingen. De belangrijkste punten uit dit gesprek zijn samengevat in onderstaand stuk.

Toelichting scenario en aansluiting bij bestaande ontwikkelingen
Dit gekozen scenario ligt nog ver weg van het huidige onderwijs op Het Hooghuis.  Zo is er in het gekozen scenario geen sprake meer van traditionele schoolgebouwen en wordt het onderwijs volledig digitaal aangeboden. De lerende stelt, in samenwerking met zijn leercoach, zijn eigen onderwijstraject samen door middel van leervouchers. Er wordt niet toegewerkt naar eindtermen, maar er wordt gekeken naar voortgang en ontwikkeling van de leerling. De leerling kan na het behalen van een aantal basiscompetenties verder leren door het inzetten van de leervouchers. In de personal learning environment wordt de voortgang opgeslagen en in beeld gebracht. Dit is op dit moment echt nog toekomstmuziek.
Momenteel wordt er op Het Hooghuis meer gewerkt met digitale middelen. Dyslecten kunnen toetsen digitaal maken met behulp van Claroread (voorleessoftware), er wordt gewerkt met een Elektronische Leer Omgeving (ELO, It’s Learning). Op de ELO wordt niet alleen huiswerk genoteerd, er worden ook extra oefeningen opgezet, er zijn links te vinden naar e-packs die bij de methode horen en je kunt als docent filmpjes en internetpagina’s als ondersteuning aanbieden aan de leerling. Het gebruik hiervan is op dit moment wisselend. Elke collega maakt gebruik van de agenda-functie en geeft het huiswerk digitaal op. De overige mogelijkheden worden benut zoals de docent dit wil, het verschil hierin is groot. De e-packs kunnen gebruikt worden om het leren meer aan te passen op de leerlingen en beter te kunnen differentiëren. Dit wordt nog niet op grote schaal toegepast.
Ondanks dat er nog niet enorm veel gebruik wordt gemaakt van de digitale mogelijkheden op Het Hooghuis, sluiten deze digitale ontwikkelingen wel aan bij het gekozen scenario.
Behalve het digitale (viruele) stuk uit het toekomstscenario is er ook sprake van een netwerkschool, waarbij het leeraanbod wordt afgestemd met het bedrijfsleven. Dit gebeurt op dit moment binnen de organisatie ook. Er zijn binnen vrijwel alle praktijkafdelingen contacten en projecten die zijn gericht op dit bedrijfsleven of de verzorgende sector. Naast deze projecten lopen leerlingen ook stagen in de bedrijven en instellingen en blijven zo de contacten tussen school en bedrijven ook duidelijk zichtbaar.
Mogelijkheden en adviezen
Voor mezelf zie ik voldoende mogelijkheden in de weg naar het toekomstscenario. Ik volg digitale ontwikkelingen zoveel mogelijke en probeer deze toe te passen in de praktijk binnen de faciliteiten die beschikbaar zijn. Deze kennis kan ik delen met collega’s, waardoor zij hier enthousiast over raken en dit ook toe gaan passen in de praktijk. Door de huidige mogelijkheden te gebruiken en steeds te blijven zoeken naar nieuwe mogelijkheden komt het toekomstscenario dichterbij. Digitale techniek kan gebruikt worden om het leren meer gepersonaliseerd te maken en beter af te stemmen op de leerling.
Docenten zullen meer op het digitale vlak moeten professionaliseren en hierdoor meer kennis en vaardigheden ontwikkelen om te kunnen omgaan met de digitale vernieuwingen. Ook de rol als docent zal gaan veranderen in het toekomstscenario. In plaats van dat je frontaal les geeft aan een klas, heb je een aantal studenten onder je die je begeleid in het inzetten van de leervouchers en in hun persoonlijke ontwikkeling. Je bent als docent veel meer coach en ook hiervoor zal professionalisering nodig zijn.
Vanuit de organisatie zijn er ook een aantal ontwikkelingen nodig om het toekomstscenario te kunnen realiseren. Ook hier ligt deze ontwikkeling vooral op digitaal gebied. Zo zal de organisatie ervoor moeten zorgen dat er voldoende faciliteiten zijn. Bring Your Own Device (BYOD), oftewel het meenemen van je eigen device om te gebruiken binnen de organisatie, staat nog in de kinderschoenen. Een kleine groep docenten is hiermee gestart, maar dit is nog niet op grote schaal ingevoerd. Hierdoor worden de volledige mogelijkheden van digitale leermiddelen nog niet benut en gebeurt dit vrijwel alleen door het opgeven van huiswerk, omdat de faciliteiten er op dit moment simpelweg niet zijn.
Aansluiting vervolgonderwijs
De aansluiting op het vervolgonderwijs zal met het toekomstscenario alleen maar beter worden. De leerling heeft zijn eigen personal learning environment waarin de ontwikkeling wordt bijgehouden. Het onderwijs is in de virtuele netwerkschool gepersonaliseerd en dus zal de aansluiting beter zijn afgestemd op de individuele leerling dan nu het geval is. Ditzelfde geldt voor de toelevering vanuit de basisschool. Door het personal learning environment van de leerling kun je als leercoach precies zien welke ontwikkeling de leerling heeft doorgemaakt en op welke vlakken de leerling nog extra begeleiding nodig heeft.
Maatschappelijke ontwikkelingen
Om het toekomstscenario zoals dit door Pooh is beschreven werkelijkheid te laten worden, zal er in de maatschappij veel moeten veranderen. Zo zal het traditionele onderwijssysteem losgelaten moeten worden. In het toekomstscenario is er geen sprake meer van klassen, niveaus, scholen en diploma’s. Dit staat eigenlijk haaks op hoe het huidige onderwijssysteem is ingericht.
Stappen vanuit verschillende perspectieven
Leerlingperspectief: vanuit de leerling zullen er meerdere stappen gezet worden. Hij wordt actiever in de vormgeving van zijn leerproces. Waar hij nu ‘achterover hangt’ en de docent laat bepalen wat er geleerd wordt, zal dit in de virtuele netwerkschool niet meer kunnen, de leerling bepaalt namelijk zelf wat hij nog meer wil leren. De verantwoordelijkheid komt dus meer bij de leerling te liggen.
Docentperspectief: vanuit de docenten zullen de stappen vooral gezet worden op het digitale vlak. Hier kunnen de innovators en early adopters van een organisatie een rol in spelen. Docenten die voorlopen op het gebied van ICT in het onderwijs kunnen de anderen meenemen in de ontwikkelingen. Hierbij is het wel van belang dat dit op een tempo gaat dat de docenten met minder ICT-skills ook kunnen volgen, om ervoor te zorgen dat zij niet afhaken. Ook de verandering van docent naar leercoach zal op eenzelfde wijze plaats moeten gaan vinden.
Organisatieperspectief: ook hierin moeten stappen gezet worden. De digitale ontwikkeling van docenten moet een plek krijgen binnen de organisatie. Er zal een cultuuromslag plaats moeten vinden van een familiecultuur naar een adhocatiecultuur, zodat er meer ruimte is voor ontwikkeling en vernieuwing.
Conclusie
Om echt zover te komen als de virtuele netwerkschool is momenteel nog toekomstmuziek. Vanuit de maatschappij zal het onderwijssysteem aangepast moeten worden om ruimte te maken voor dit toekomstscenario. Tot die tijd kan het virtuele deel van het scenario wel verder ontwikkeld worden. Het Hooghuis kan stappen zetten richting de personalisering van het onderwijs, zodat het onderwijs beter is afgestemd op de leerling. Daarnaast zal de ICT-ontwikkeling een vaste plek moten krijgen binnen de organisatie, maar ook bij de docenten en de leerlingen. De organisatie moet zorgen voor de faciliteiten en de docenten en de leerlingen voor de invulling van het gebruik van ICT.
Op deze manier kunnen de eerste stappen naar een virtuele netwerkschool al op korte termijn gezet worden.